‘ENERGIE BESPAREN’ Basis was presentatie voor Rotary

Niet meer alleen de korte termijn. Niet meer alleen direct aan de vraag voldoen.
Niet meer alleen de goedkoopste optie. Niet meer alleen de markt die bepaalt.

Niet meer gevolgen (ecologisch, maatschappelijk, economisch) verzwijgen of bagatelliseren.
Kijk niet meer alleen naar eigen belang maar naar effect voor de hele wereld.

Niet meer bepaalde groepen, branches of werkwijzen bevoordelen ten koste van andere groepen.
De mens/de mensheid centraal i.p.v. de economie.
Hoe was het ook alweer??  De vervuiler betaalt!!!
Nou dat ligt soms net even anders. Deze tabel is het heldere bewijs dat het niet gaat zoals zou moeten.

Voorbeeld toont:
Hoe meer energie je gebruikt en dus hoe meer CO2 je uitstoot des te lager de extra heffingen voor DE en ODE
Stel 15.000.000 kWh verbruik. Zakelijke gebruikers betalen daarvoor aan REB/ODE/BTW € 16.500.
Particulieren betalen aan REB/ODE/BTW voor diezelfde 15 miljoen kWh € 2.254.000.

Veel productie wordt geëxporteerd; burgers subsidiëren via export buitenlandse afnemers.
Suggestie voor oplossing: 
Trek heffingen gelijk. Breng per 1 jan 2023 het minimumbedrag bijvoorbeeld naar €0,05.
Meld meteen dat het bedrag jaarlijks ophoog gaat tot het gelijk is aan wat burgers moeten betalen.

Binnen de kortste keren is het voor bedrijven heel aantrekkelijk om gebouwen, processen en werkwijzen energieneutraal te maken.
Ook zullen bedrijven dan zoveel mogelijk energie zelf op locatie opwekken en opslaan voor later gebruik.
Dit zijn wat opdrachten waar Nederland voor getekend heeft.
Daar komen nog (verder gaande) Europese en mondiale afspraken bij.
Energie besparen en CO2 reduceren alleen is bij lange na niet voldoende.

We moeten ook eens kritisch kijken naar de grondstoffen die we gebruiken.
Waar halen we die vandaan (i.v.m. Transportemissies, Kinderarbeid, Milieuschade doorgebrekkige regelgeving)
En hoe gebruiken we die grondstoffen en wat kunnen we meer doen aan re-use en recycling.

Zo worden tonnen elektronica afval voor een habbekrats geëxporteerd.
Maar we betalen de hoofdprijs voor gerecyclede en daaruit gewonnen nieuw aangevoerde primaire grondstoffen.
Europa is niet echt rijk aan bijzondere grondstoffen. Minder afhankelijkheid van huidige leveranciers heeft voordelen.
Richt in Europees verband milieu hygiënische demontage- en opwerkingsbedrijven voor deelstromen t.b.v. hergebruik en recycling op.
Het is duidelijk dat we altijd op het verkeerde paard hebben gewed.
Steeds maar weer meer machientjes verkopen en die machientjes hooguit een beetje beter maken dan die van de concurrent.

Alle fossiele stoffen die zijn ontstaan uit organisch materiaal en waarmee we energie kunnen maken zijn eindig.
Die zorgen bij gebruik voor het toenemen van de CO2 concentratie in de lucht met alle opwarmende gevolgen voor de mensheid van dien.

Uranium is een erts dat voor komt in rotsformaties. Het is niet fossiel, maar wel degelijk eindig. Het is als het wordt gebruikt ook niet CO2 vrij.
(Zie artikelen over kernenergie op mijn website)

De resterende hoeveelheden fossiele brandstofvoorraden vallen in het niet bij de jaarlijkse hoeveelheid zonne-energie.      
Wereldwijd valt het energiegebruik in dit plaatje ogenschijnlijk wel mee.

In gebieden met veel zon/wind is er ruimte voor de productie van waterstof voor eigen ontwikkeling en als verdienmodel door export.
Maar voorkom ook hier afhankelijkheid van landen met veel zon waar makkelijker/goedkoper waterstof is te produceren.
Duurzaam wil zeggen:
De mens voorziet in eigen behoefte zonder natuurlijke bronnen uit te putten en het leefmilieu zwaar of onherstelbaar te belasten.
Kernenergie o.b.v. uranium is volgens definitie niet duurzaam.
De concentratie uranium in uraanerts is laag; ongeveer 1 kilo per 1000 kilo erts; 500 gram is winbaar.
Jaarlijks verbruik van ca 55.000 ton uranium vereist het winnen en bewerken van 110 miljoen ton erts. 
Winning en opwerking vereist veel (chemische) fabrieken, transport en materialen.
Dus al veel CO2 uitstoot in voortraject om brandstofstaven te kunnen maken.

Overheid betaalt alle kosten vergunningen en onderzoeken.
Bedrijven vragen garanties van overheid voordat ze willen beginnen met bouw.
Kosten nieuwe kerncentrales ontploffen.
Flamanville    start 2006 klaar 2023   geen 3,5 maar 12,5 miljard
Olkiluoto 3     start 2004 klaar 2023   geen 2,5 maar   8,5 miljard
Hinkley Point  start 2014 klaar 2025  geen 16 maar  25    miljard
Engeland betaalt een afname garantieprijs van 92,50 pond per MWh (offshore wind kostprijs va € 40/MWh)!!
In VK zijn plannen voor nog 3 kerncentrales afgelast.
In september 2020 staakt Hitachi met centrale Anglesey i.v.m. kosten van 20 miljard en neemt 2,4 miljard verlies.
Westinghouse/Thosiba staakte in 2018 Virgil C (i.v.m. oplopende kosten van 7,5 naar 18 miljard) en neemt 5 miljard verlies.
Westinghouse ging aan Virgil C en de Vogtle centrale failliet.
Die bouw is met garanties en leningen van de overheid voortgezet. (Kosten ca 25 miljard open in 2023??)

Het Deutsches Institut fur Wirtschaftsforschung lichtte alle 674 kerncentrales (1951-2017) door.
Zij werden gebouwd dankzij subsidies, gemiddeld werd per centrale in 40 jaar tijd 5 miljard verlies geleden.
Centrales werden gebouwd om plutonium te verkrijgen t.b.v. kernwapenproductie, niet voor ‘goedkope’ energie.
Ik ben een fervent aanhanger van kernenergie, maar dan wel uitsluitend van deze!

Op veilige afstand. Hij heeft zich ruimschoots bewezen.
Hij al eeuwen betrouwbaar en vereist geen onderhoud. De energie is overal en voor iedereen beschikbaar.
Niemand die het kan opeisen of die er, door ermee te dreigen, misbruik van kan maken.
Niemand kan er aan komen, je ermee chanteren, en je krijgt de energie toch gratis en voor niets.
We tellen ruim 8.000.000 woningen met een waarde van ruim 2.320 miljard euro. (huizencrisis nog niet meegenomen!)
Er wordt wel eens gezegd dat vervangende nieuwbouw energetisch veel beter en goedkoper is (vooral dat) dan isoleren en renoveren.
Maar dan vergeet men wel makkelijk de aanschaf van de te slopen woningen in het concept en de berekeningen mee te nemen.
Trouwens ook bij bouwmaterialen gaat er in het winnen en bewerken al veel energie zitten.
NB Indicatieve getallen. Geen absolute waarde hechten aan de getallen.
Iedere categorie kent uitschieters naar boven en naar beneden.
Dit wordt veroorzaakt door aantal kamers, aantal vierkante meters, aantal bewoners, gedrag, leefstijl en dergelijke factoren.
Stel je eens voor: ruim 10 miljard euro voor verwarmen per jaar!
Nog goed te isoleren voor 2050, 7.500.000 woningen (woningen uit 2010 zijn dan 40 jaar oud!)
Nog 28 jaar te gaan, dus 270.000 woningen per jaar.
Stel dat renoveren/goed isoleren van de schil € 40.000 per woning kost (afgezien van keuken van 10 à 15.000 en badkamer van 10 à 15.000 euro).
Dan bedraagt de investering daarvoor per jaar €10.800.000.000.

lening van € 40.000, rente 1,5%    2,5%  3,5%
looptijd 120 maanden      359  377  395
looptijd 240 maanden      193 211   231
looptijd 360 maanden  138  157  178
euro per maand
Gebruik pensioengelden voor leningen in investeringen in isoleren/ventileren/PV/opslag.
Financiering niet bewoner gebonden maar object gebonden.
Renoveren/isoleren zonder toename kosten.
Volg het ‘Asser Servicekosten Model’ van SEGON
Ongeveer 4.750.000 woningen (ca 60%) tussen de 75 en 150 m2.     
Bouw niet te klein (<75 m2). Dat is het verschil tussen flatje (50-75 m2) en appartement 150-500 m2).
Zorg voor doorstroming in de wijk met nieuwbouw nabij de bekende (winkel-)voorzieningen.
Suggestie:
Sloop enkele tegenover elkaar gelegen oudere rijtjeswoningen (5 of 10 per zijde)
Dat levert een bebouwbaar oppervlak van 600/700 m2, dus 6 à 7 woningen per bouwlaag,
Bij 4 of 5 lagen levert dat 24 tot 35 gestapelde woningen op, een winst van 14 tot 25 woningen
Bij bebouwbaar oppervlak van 1800/2100 m2 levert dat 18 à 21 woningen per bouwlaag op
Bij 4 of 5 lagen levert op 72 tot 105 gestapelde woningen op, een winst van 52 tot 85 woningen
De bestaande voorzieningen krijgen nieuwe klanten en de bestaande infrastructuur wordt weer beter gebruikt.
“Vroeger” was er sowieso sprake van natuurlijke ventilatie.
We kennen het allemaal;
Hoor de wind waait…
Letterlijk en figuurlijk ‘frisse’ lucht naar binnen.
Maar met het vocht verdween ook de warmte het huis uit.
Het is wel meteen duidelijk wat je moet isoleren: de hele schil en het liefst aan de buitenzijde!
Besparing alleen op basis van het standaardpakket is verre van optimaal.
Je loopt risico op minder goed aansluiten isolatiemateriaal en daardoor mogelijk koudebruggen, condensatie en vochtproblemen
Enige criterium lijkt de hoogte van de investering.
Maar situatie en uitgangspunten voor berekeningen is in jaar tijd sterk veranderd.
Pak de hele schil in.
Ook een nieuwe isolatie op het dak, dat helemaal wordt gedekt met PV!
Bekende aanpak bestaat uit houten staanders of staalprofielen en daartussen steen/glaswol.
Over profielen heen gaat aan weerszijde een OSB-plaat van grove houtsplinters of een dikke plaat PUR i.v.m. koudebruggen via het staal.
Een harde afwerkplaat van vezelcement moet de PUR beschermen. 

Inmiddels heb ik een voorkeur voor een dragende constructie o.b.v. natuurvezel (houtvezel/polymeer) versterkte composiet.
Het vergt minder materiaal door kokerconstructie met verbindingsstukken die ook zo weer kunnen worden hergebruikt.
Er is nu een techniek om glasvezelversterkt composiet (rotorbladen windturbines) weer tot basismaterialen terug te brengen. 

Een vezel versterkte isolerende gevelconstructie is veel dunner, met minder maar beter isolatiemateriaal (aerogel of vacuümpanelen)
In deze constructie zit geen vezelcementplaat maar Poraboard (gerecycled glas)
De zichtbare gevel kan ook makkelijk worden afgewerkt met steen strips.
Afwijkende raamindeling en vormen.
In Nederland is de baksteen nog steeds het favoriete bouwmateriaal.
Maar afwerking met stuc, plaatmateriaal, planken of zelfs PV wint terrein.
Afhankelijk van het project is het mogelijk de woningen in een straat in verschillende baksteenkleuren af te werken.
Ook verschillende kleuren en materialen per verdieping kunnen de levendigheid van het straatbeeld vergroten.
Door de dikke opbouw vallen dikke kozijnen voor drie-laags glas niet op.
Tegenwoordig zijn ook zeer dunne kozijnen, speciaal voor vacuümglas op de markt.
Dit past bij het beperken van het materiaalgebruik voor isolerende voorzetgevels.
Gemaakt van (Nederlands) snelgroeiend hout (naaldboom)

Accoya hout bewerkt door acetyleren.
Chemische verduurzaming met azijnzuuranhydride onder hoge temperatuur en druk.
Hierdoor veranderen de eigenschappen van het hout en neemt het geen vocht op.
Vergelijkbaar met Teak.

Plato Hout wordt verkregen door HydroThermolyse  (koken, drogen, bakken).
Bewerking geschiedt door verhitten tot 170 C in autoclaaf onder stoom en druk.
Dan volgt het geleidelijk drogen tot 8% vocht, en daarna opnieuw, nu droog, verhitten tot 180 °C.
Vergelijkbaar aan meranti.
TRIPLE GLAS
Dikte 2,5 tot 4 cm, extra gewicht, bredere sponning, meer materiaal, Ug = 0,7.

VACUÜMGLAS
Dikte 0,8 cm, licht van gewicht, extra gehard glas, Fineo (AGC) heeft geen zichtbaar dopje van vacumeren, Ug = 0,7 of lager.

Duidelijk minder materiaal voor ramen en kozijnen en door beperkte gewicht ook minder zwaar hang- en sluitwerk nodig.
Kan door minimale dikte ook makkelijk in bestaande ramen het glas vervangen.
Deceuninck levert voor nieuwbouw voor dit vacuümglas slanke kunststof of aluminium profielen met hoge thermische en akoestische isolatie.
PUR, PIR of EPS/XPS isolerende dakpanelen, te dekken met dakpannen.
Dakpanelen worden geleverd met dak- en panlatten of compleet met PV-panelen.

Chemische recycling (PIR/PUR) via Hydro pyrolyse in ontwikkeling.
Door monomeren te koppelen ontstaan polymeren, waarmee je verschillende soorten kunststof kunt maken.
Chemische recycling keert dit proces om door de verbindingen af te breken en zo de basisgrondstoffen weer terug te krijgen.

Meerdere methoden voor chemische recycling zijn in ontwikkeling. Nu worden 4 soorten toegepast.
Oplossing door bewerking met chemisch oplosmiddel zodat polymeren weer voor nieuwe kunststoffen zijn te gebruiken
Depolymerisatie is afbraak van polymeren tot monomeren door gebruik van oplosmiddel en warmte.
Kraken/pyrolyse is verhitten van polymeren met uitsluiten van zuurstof zodat olie of gas ontstaat. O.a. te gebruiken voor nieuwe kunststoffen.
Vergassing is verhitten met een kleine hoeveelheid zuurstof, zo ontstaat een gas met uiteenlopende toepassingen.
(Zie de “roadmap-chemische-recycling kunststoffen 2030” Nederland circulair /VNO-NCW)
Voorwaarde is dat woning bouwkundig geschikt voor renovatie/isolatie en weer opnieuw een lange periode meegaat.

Meerdere problemen tegelijkertijd relatief eenvoudig op te lossen.
Uitbreiding als de woning eigenlijk te beperkt van oppervlak is.
Als er meer variatie nodig is in woninggrootte in bepaalde wijk om meer variatie in bewoning en bewoners te krijgen.
Verbeteren van uiterlijk en aanzicht van straat en woningen kan mede van invloed zijn.
Ook kan uitbouw bijdragen om beter gebruik te kunnen maken van zon en PV-opbrengsten.
Uitbouw kan, in combinatie met woningsplitsen in beneden- en bovenwoning, leiden tot verdichting en meer woningen in de buurt.
Doe het in een keer goed; in 2050 moet het toch echt E-neutraal zijn.
Zorg ervoor dat je nagenoeg geen verwarming of koeling meer nodig hebt.

Passiefhuis: Netto energiebehoefte voor ruimteverwarming; 15 kWh per m² gebruiksoppervlak, per jaar.
Totale primaire energievraag; 120 kWh per m² gebruiksoppervlak per jaar.
(Al veel gebouwd in Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Zweden).
Standaard isolatiepakket (dia 15) [DWA Onderzoek, Haalbare CO2 reductie 2021] geeft nog altijd flink verbruik aan.
Afhankelijk van type woning van tussen de 45 en 75 kWh/m2 t.o.v. wenselijk geachte 15 kWh per m².
Bijna nog altijd 3 tot 5 x zoveel als wenselijk om écht energiezuinig te zijn.

Als je nu je huis met het standaardpakket isoleert kom je er vrijwel zeker niet toe om dat binnen een jaar of 10/15/20 opnieuw te doen.
Hoe lager de lambda waarde, des te beter de isolatiewaarde.
Lambda waarde wordt uitgedrukt in W/m.K.
(Warmteverlies in Watt per meter, per graad temperatuurverschil tussen beide zijden van het isolatiemateriaal).
Lambda waarde geeft de prestatie van een materiaal aan (ongeacht de dikte!!!).

De Rd-waarde wordt uitgedrukt in m2K/W.
De Rd-waarde van materiaal wordt berekend door dikte in meters te delen door de  Lambda (R=d/λ).
(60 mm glaswol met λ van 0,035 heeft een Rd-waarde van 1,71 (0,06/0,035).
150 mm komt uit op Rd van 4,28; 350 mm of 35 cm komt uit op Rd =10.

Rc-waarde geeft het totaal van alle Rd-waarden van alle lagen materiaal bij elkaar opgeteld.
(Stucwerk, binnenmuur, isolatiepakket, buitenmuur, eventueel stuclaag etc.).
Aerogels bestaan uit siliciumdioxide (kwarts).
Het materiaal is dampdoorlatend en waterafstotend.
En is ook milieuvriendelijk, warmte isolerend, geluid isolerend en onbrandbaar.
Goede kern bestaat uit pyrogeen kiezelzuur (silicium).
Kern wordt vacuümgetrokken en omhuld met lucht- en dampdichte folie.

De λ-waarde is 0,006     dus geeft 6cm (0,06: 0,006) =  Rd van 10. 
VIP’s volledig inkapselen met hard materiaal en zo beschermen tegen doorboren; dan is extra isolatiewaarde vrijwel weg
.
Poraboard is de ecologische bouwplaat voor het binnen en buiten.
Voor vloeren, plafonds en muren en plaat is direct af te werken.
Volledig ecologisch, op basis van 96% gerecycled glas.
10 mm dik, slechts 5 kg/m2 en erg sterk.
Eenvoudig te verwerken, snijden, schroeven of verlijmen.
Brandklasse B2, schimmelwerend, water resistent, geluiddempend tot 23 dB per zijde.
Isoleren van de schil door aanbrengen isolatiepakket op muren van de woning.
Op dit isolatiepakket handmatig steen strips lijmen.  
Of op de gevel aanbrengen van panelen met steen strips
.

Er zijn panelen die stenen en isolatie integreren in één systeem.
De steen strips worden tijdens productieproces onderdeel van de plaat en niet apart gelijmd.
Combinatie maximale isolatie met authentieke uitstraling van stenen gevel.
Platen, buitenhoeken, kozijnhoeken, sluitstukken en rollagen beschikbaar.

Prefab elementen zijn snel en het gehele jaar door te monteren.
Prefab elementen leveren een aanzienlijke besparing t.o.v. separate isolatie en handmatig aanbrengen van steen strip
s.
TEMPERATUUR IS BEHEERSBAAR EN VRIJWEL CONSTANT.
GEEN KOUDEVAL BIJ RAMEN, TOCHTVRIJ, VOCHTVRIJ, SCHIMMELVRIJ.
GEZOND WONEN DOOR PERMANENT FRISSE LUCHT.
Leidingen voor aanvoer en voor afvoer lopen door het hele huis.
Dat is extra lastig bij bestaande woningen met vaak ingrijpende bouwkundige en cosmetische maatregelen.

Ventilatie neemt veel vuiligheid uit de lucht mee. Ventilatieleidingen vervuilen per definitie door stofdeeltjes in de lucht.
Regelmatig schoonmaken van leidingen is nodig maar is lastig, ingrijpend en kostbaar.
Voorkom vocht en vet in afzuiglucht en ventilatieleidingen m.a.w. sluit keuken en badkamer niet aan op ventilatiesysteem.
In Nederland is standaard aansluiting op ventilatiesysteem helaas gebruikelijk i.v.m. rendement want daar zit warmte in de lucht.
In Amerika gaat lucht uit keuken en badkamer standaard rechtstreeks naar buiten.
TNO: veel fijnstof door bakken en braden blijft lang in huis hangen en vereist urenlang ventileren op hoogste stand.
Kanalen in WTW geven warmte uit binnenlucht af aan koude buitenlucht.
Voor efficiënt rendement van warmteoverdracht is goed geleidend materiaal nodig.
Uit kostenoverwegingen wordt toch vaak kunststof gebruikt i.p.v. aluminium of koper.
Vervuiling ligt op de loer als filters bij luchtinlaat niet goed functioneren en niet schoon zijn. 
Ideaal is aanvoer en afvoer van lucht per vertrek, sensor gestuurd op CO2, RV, en °C.
De Fresh-r is een effectieve WTW, ook als het vriest, dankzij het hoge rendement van de koperen wisselaar.
Systeem geeft een melding als reiniging van het filter (in afwasmachine) nodig is.
Optionele fijnstoffilter (hepa filter)
, stil/ geluidloos, gemiddeld verbruik 6 Watt.
NB Oude cijfers CBS 2016/2017

Planmatige aanpak is vereist. Hoogste prioriteit vaststellen en selecteren door analyse van:
Toekomstwaarde woningen, bouwperiode en bouwwijze, kwaliteit van de bouw, woonoppervlak, woonomgeving, voorzieningen etc.
Te groot oppervlak kan reden zijn voor interne herverkaveling met meer wooneenheden in hetzelfde bouwvolume.
Ook demografische ontwikkelingen en verhouding eengezins-/ meergezinswoningen worden meegewogen.
Garandeer comfort, woongenot, besparingen, financieringslast, en kwaliteit van materiaal en de uitvoering.
Kies voor een gebouw gebonden financiering en een lange afschrijvingsperiode, zodat lage lasten zijn gegarandeerd
1 m3 gas staat ongeveer gelijk aan 10 kWh, 1250 m3 gas is dus 12.500 kWh.
Vermogen van PV-paneel wordt aangegeven in Wp. 
Onder optimale omstandigheden levert een paneel ongeveer 85% van het vermogen aan kWh (gemiddeld over levensduur)
Huidige techniek zit aan limiet van opbrengst maar door nieuwe ontwikkelingen/ materialen zoals Perovskiet verdere groei te verwachten
PV-panelen als dakbedekking maken dakpannen overbodig,
Er zijn ook verschillende uitvoeringen beschikbaar die gevelmaterialen vervangen.
Op met rode pannen gedekte daken vallen gekleurde PV-panelen minder op.
Schermen van PV-panelen schuiven voor de ramen als zonwering.
Ook PV-panelen die met de zon meedraaien en gevel zelf in de ‘schaduw’ zetten.
PV-film maakt lange banen aan de gevel of op het dak mogelijk.
Terugleveren van overschot aan zonne-energie is weldra financieel niet meer aantrekkelijk.
Overschot ontstaat overal tegelijk en vraag neemt dan af doordat partijen zelf hun energie opwekken met PV-panelen.
Oplossing vormen energieopslagsystemen voor gebruik op later tijdstip of elders.
Opslagsystemen maken ook kostbare verzwaring van het elektriciteitsnet overbodig.
De zon kent niet alleen een vast dag en nacht ritme en een wisselende intensiteit in de seizoenen.
Ook varieert de intensiteit en dus energieopbrengst iedere maand van ieder jaar.
Dit maakt seizoensopslag en extra langdurige energieopslag in de vorm van waterstof op termijn steeds aantrekkelijker.
Hoe meer PV-panelen des te meer energie opslagen kan worden om tekorten en donkere en koudere maanden te dekken.
De verschillende batterijen hebben allemaal specifieke voor- en nadelen.
Het gebruik van grondstoffen, de constructie en mogelijkheid van hergebruik en recycling moet in de keuze zwaar wegen.
De Vanadium redoxflow batterij is een efficiënte manier om elektrische energie via redoxreacties op te slaan als chemische energie.
In de batterijsystemen is dit proces uiterst compact ondergebracht en te configureren voor elke toepassing.
Het hart van de batterij bestaat uit zogenoemde stacks, gestapelde cellen met in elke cel een positieve en negatieve elektrode.
Deze zijn gescheiden door een membraan dat ionen door kan laten en voorkomt dat de elektrolyten mengen.
Hoe meer cellen en hoe meer stacks, des te groter is het vermogen (kilowatt) dat de batterij levert.
De energieopslag vindt plaats in twee tanks met vloeibare elektrolyt op basis van Vanadium.
Hoe meer elektrolyt en hoe groter de tanks, des te groter de opslagcapaciteit (kilowattuur) van de batterij.

Bij het opladen geven ionen in de tank met de positieve elektrolyt een elektron af dat via het membraan in de tank met negatief elektrolyt komt. Zo wordt de elektrische energie daar opgeslagen als chemische energie. Bij het ontladen van de batterij gebeurt het omgekeerde.
Vanadium is zeer geschikt voor de redoxflow batterij omdat de elektrolyt niet kan worden vervuild en geen corrosie veroorzaakt.
Groot nadeel vormen de kosten van het membraan en het feit dat het vanadium niet overal beschikbaar is.

De RUG, de TU/E en de TU Denemarken ontwikkelden een flowbatterij met een stabiel molecuul dat elektronen kan accepteren én doneren.
De meest geschikte verbinding was een Blatter radicaal, een bipolaire organische verbinding.
Dit biedt een oplossing voor de kosten van het membraan en de beschikbaarheid van vanadium.
Professor Donald Sadoway van het MIT heeft een opslagsysteem ontwikkeld waarbij metalen en elektrolyt in vloeibare vorm moeten zijn
Hij gebruikt elektroden van magnesium (Mg) en antimoon (Sb) met een elektrolyt bestaande uit chloriden van magnesium, natrium en kalium. 
De batterij moet bij zeer hoge temperaturen werken om reacties te laten plaatsvinden.
Dit maakt zeer hoge stroomdichtheden mogelijk wat de batterij van vloeibaar metaal geschikt maakt voor toepassingen in het elektriciteitsnet.
De technologie levert hoge stroomdichtheden per cel die ongeveer tien keer beter zijn dan conventionele cellen.
Het opslagsysteem kent een lange levensduur en is modulair op te schalen tot multi-mega Watt capaciteit.
De batterij kent een eenvoudige constructie, gebruikt goedkope actieve materialen en heeft een reactietijd van milliseconden.
Een batterijbeheersysteem (BMS) is niet vereist.
De ontwikkelingen om de prestaties te verbeteren gaan onverminderd door zodat ze op grote schaal commercieel kunnen worden ingezet.
Dit plaatje dateert nog uit de tijd dat we bij de provincie en TU/E werkten aan de eerste “utility centers”.
We gingen toen nog uit van PVT-panelen en in iedere woning een kleine huisbatterij (10 -15 kWh).
Ook dachten we aan een boilervat (1000 liter) voor douche/bad en hot fill wasmachine en afwasmachine.
Het overschot van elektriciteit en warmte moest naar een collectieve opslagsystemen voor gebruik op later moment.

Door de wens het gebruik van grondstoffen te minimaliseren en de haalbaarheid van all electric maakte de warmteboiler overbodig en inefficient. Een enkel elektrisch energiesysteem optimaliseert het gebruiksgemak voor bewoners.
Goede opslagsystemen voor elektriciteit, de inductieverwarmingsketel (CVi) en doorstroom-verwarmer bieden nu een totaaloplossing.
Het Utility Center (UC) werkt voor groepen woningen, met daarin steeds wisselende samenstelling bewoners met steeds ander gedrag. 
Ieder huis wekt met PV zoveel mogelijk zonne-energie op, vult de eigen kleine huisbatterij en men gebruikt wat men direct nodig heeft.
Het overschot gaat in het collectieve opslagsysteem van het UC, waarbij bij een volle batterij het overschot wordt omgezet in waterstof.
De verschillende UC’s kunnen voor een ultieme balans gekoppeld worden. Zo raak je gezamenlijk onafhankelijk van het net
Via een VvE houden de bewoners grip op de keuze van de partij aan wie financiering, levering en beheer in opdracht wordt gegeven.
Het omzetten van een overschot aan elektrische energie in waterstof biedt veel voordelen.
Zo wordt materiaalgebruik voor extra batterijcapaciteit vermeden, is het benodigde volume veel kleiner, en zijn de kosten veel lager.
Opslag van waterstof kan onder atmosferische druk in containers van natuurvezel versterkte composiet, gevuld met metaalhydriden of hydrazine.
Elestor wil een ​​opslagsysteem bouwen met de laagst mogelijke opslagkosten per kWh. 
Het Arnhemse bedrijf bouwt voort op technologie die decennia geleden door NASA is ontwikkeld: de redoxflow-batterij. 

Redoxflow-batterijen ‘slaan’ elektronen op in een chemische verbinding, die wordt gesynthetiseerd bij een overmaat aan elektriciteit.  
De elektronen komen vrij wanneer dat nodig is door dezelfde chemische reactie in omgekeerde volgorde. 
De stroomaccu van Elestor zet waterstofbromide tijdens het opladen om in waterstof en broom. 
Deze actieve materialen zijn gemakkelijk verkrijgbaar, goedkoop en maken zowel een hoge energie- als vermogensdichtheid mogelijk.
De Battolyser, een spin-off van de Technische Universiteit Delft (TU Delft),
Dit apparaat slaat elektriciteit op, maar kan ook water splitsen in waterstof en zuurstof wanneer het volledig is opgeladen. 
Een combinatie van een gewone batterij en een elektrolyser kan hetzelfde, maar
de battolyser “doet het beter en tegen lagere kosten in situaties waar het er echt toe doet”.

Conventionele elektrolysers kunnen immers niet gemakkelijk aan en uit kunnen worden gezet,
maar de battolyser kan onmiddellijk schakelen tussen waterstofproductie en het ontladen van de batterij. 
Grootschalige opslag elektriciteit is niets nieuws, alleen nog onbekend in Nederland.
Waterstof wordt een zeer belangrijke pijler onder de onze economie. In het transport is al in gebruik voor bussen, vrachtwagens en schepen.
Een toekomstbestendige fiets op waterstof wed ontwikkeld via een studieproject.
Twee simpele tankjes gevuld met metaalhydride aan de zadelstang zorgen voor opslag waterstof onder atmosferische druk
De brandstofcellen zijn in het frame ingebouwd. De fiets heeft een actieradius van 2000 km.

Plaats een reactie